“Ik was niet gelukkig, ik had het gevoel niet meer mezelf te
kunnen zijn,” vertelt de 50-jarige Said. De Egyptische percussionist is in
traditionele kleding gehuld. Tussen zijn optredens op een Middeleeuwse markt
door heeft hij de tijd genomen om over zijn ingrijpende keuze te vertellen.
Ruim twintig jaar geleden gaf Said zijn baan als percussionist in een groot
orkest op. Inmiddels speelt hij als ingehuurde straatmuzikant op Middeleeuwse
evenementen in heel Duitsland en Nederland. “Dat ik veel onderweg ben is voor
mij niets nieuws. Ik heb altijd al veel gereisd en op veel verschillende
plekken opgetreden, dat was ook nooit het probleem.”
Het probleem, zo legt hij uit, was het gevoel van vrijheid
en creativiteit verloren te hebben.
“Ik woonde in de beste hotels in Duitsland, at in de beste
restaurants en kreeg van alle kanten aanbiedingen om over te stappen naar een
ander orkest. Maar dat wat ik zo graag doe, het trommelen, de muziek voelen,
dat was daar niet mogelijk. We repeteerden altijd precies hoe een voorstelling
zou lopen, maar mijn collega’s waren niet flexibel. Wanneer we iets geoefend
hadden moest dat ook precies zo lopen tijdens de voorstelling. Daar had ik niet
de mogelijkheid te improviseren of eens iets anders te doen. Wanneer ik
bijvoorbeeld een extra slag in het ritme inbond, dan raakten de dansers totaal
in de war en keken me aan met een blik van ‘wat DOE je!?’
Het waren steeds weer dezelfde slagen in dezelfde maat. Ik hield het daar niet meer uit.”
Niet al te lang na zijn aankomst in Duitsland besloot hij
aldus zijn baan en luxe op te geven. Maar wat doe je in een land waarvan je de
taal nog niet spreekt? Said besloot muziekles te geven om zo anderen te laten
zien wat voor geluk het kan brengen om muziek te maken vanuit het hart.
“Op een dag kwam er een man binnen tijdens een muziekles en
zei tegen mijn collega: ‘Ik heb dit weekend trommelaars nodig!’ Hij was bereid
voor een weekend 400 Duitse mark te betalen. Dat was ontzettend veel geld in
die tijd. Ik heb er dus ook niet lang over nagedacht voor ik ja zei.
Toen ik dat weekend daarheen reisde wist ik niet wat ik zag.
De man die ons ingehuurd had, had verteld dat het ging om spelen op een festival, maar niet wat voor
festival. Ik zag daar allemaal rare mensen in middeleeuwse kleding, tenten en
houten hutjes. De andere muzikanten waren een stel freaks in bizarre kleding. We
werden kort voorgesteld en hadden weinig tijd om te praten of oefenen, het was
direct tijd voor ons eerste optreden. Ik dacht, oh nee, dat wordt niets, tot ze
met hun bizarre doedelzakken en fluiten begonnen te spelen. Het was prachtig om
ze te begeleiden, te improviseren en allerlei verschillende stukken met
variërende maten te spelen. We deden gewoon maar wat goed voelde, en dat
werkte!
Dat weekend heb ik ook mijn huidige collega leren kennen. Ik
wilde nooit meer weg van dat bizarre groepje freaks.”
De volle theaters en concertzalen mist hij absoluut niet. “Hier
heb je echt contact met mensen, er ontstaat interactie door onze muziek. Het
maakt me niet uit hoe groot het publiek is. Wanneer er twee mensen luisteren,
van de muziek genieten, misschien zelfs dansen, dan word ik blij. Je ziet hier
op straat direct of de muziek bij de mensen aankomt of niet. Wanneer je een
slechte dag hebt dan merken de mensen dat, dan blijven ze niet zo lang staan en
luisteren. Maar wanneer je er zelf van geniet, dan genieten de mensen er ook
van, wat weer positief op ons terugwerkt.
Natuurlijk is het fijn wanneer er veel mensen zijn, zoals
vandaag. Dan spelen we voor in de straat, dan op het plein, dan hier en dan
weer overnieuw. Na zo’n dag zijn we ook behoorlijk kapot, maar de reactie van
al die mensen maakt het dat waard.“
Said heeft absoluut geen spijt van het afscheid van zijn
luxeleven toentertijd. Op de vraag of hij het niet lastig vind in verhouding
met vroeger zo weinig geld te verdienen grijnst hij. “Met dat geld kan ik geen
vrijheid kopen habibi. Hier zo op de markt is het natuurlijk lastiger. Sommige
dagen lopen mensen alleen aan ons voorbij en verdienen we bijna niets, maar we
zijn vrij. Leven op de markt is vrijheid. De markt is vrijheid.”
Dan is het einde van onze ontmoeting aangebroken. De collega
met de doedelzak wenkt, het is tijd voor het volgende optreden. Said slaat drie
keer op zijn trommel om de aandacht van de voorbijlopende bezoekers te trekken.
Hij lacht.
“Heb je zin om te dansen?”
Geen opmerkingen:
Een reactie posten